Psalmen 108:1 O God, mijn hart is vast; Ik zal zingen en loven, zelfs met mijn heerlijkheid. 108:2 Ontwaak, psalterium en harp: ik zelf zal vroeg wakker worden. 108:3 Ik zal U loven, o HERE, onder het volk, en ik zal psalmen zingen tot u onder de volken. 108:4 Want uw goedertierenheid is groot boven de hemelen, en uw waarheid strekt zich uit tot de wolken. 108:5 Wees verheven, o God, boven de hemelen, en uw glorie boven alle aarde; 108:6 Opdat uw geliefde verlost wordt: red met uw rechterhand en antwoord mij. 108:7 Aloha heeft gesproken in Zijn heiligheid; Ik zal me verheugen, ik zal Sichem verdelen, en meet het dal van Sukkoth uit. 108:8 Gilead is van mij; Manasse is van mij; Ephraim is ook mijn kracht hoofd; Juda is mijn wetgever; 108:9 Moab is mijn waskom; over Edom zal ik mijn schoen uitwerpen; boven Philistia zal ik zegevieren. 108:10 Wie zal mij in de sterke stad brengen? wie zal mij naar Edom leiden? 108:11 Wilt U niet, O God, die ons heeft verstoten? en wilt U, o God, niet gaan verder met onze gastheren? 108:12 Geef ons hulp in moeilijkheden, want de hulp van mensen is tevergeefs. 108:13 Door God zullen wij dapper handelen, want Hij is het die zal vertreden onze vijanden.